Acht jaar geleden startte Yvonne van Wijngaarden de winkel Kleertjes & Zo. Van Wijngaarden begon met kledingparty’s bij mensen thuis en dat groeide al snel uit tot een winkel bij haar aan huis. Hier was op dat moment ruimte voor en dat was toen een ‘erg handige oplossing’. Ruim zes jaar geleden is Kleertjes & Zo verhuist naar het winkelcentrum in Hardinxveld-Giessendam.

Vroeger zat van Wijngaarden in de vrouwenmode. Uiteindelijk heeft ze de stap gemaakt om een eigen winkel in kindermode te beginnen. “Op een gegeven moment krijg je zelf een jong gezin en dan is het erg leuk dat je dat op zo’n manier kan combineren. Kinder- en babymode vind ik erg leuk om te doen”, vertelt van Wijngaarden. Maar gezien de concurrentie op internet is kinderkleding wel een lastige branche. “Je moet je onderscheiden van anderen.”

Kleertjes & Zo

Onderscheiden van anderen doet Kleertjes & Zo wel. Dat ‘& Zo’ staat wel degelijk ergens voor. De winkel verkoopt naast baby- en kinderkleding ook accessoires, dameskleding van HV Polo en beenmode. Beenmode niet alleen in kindermaten, maar ook in damesmaten. Laatst stond de winkel in de plaatselijke krant aangeschreven als dé beenmodewinkel van het dorp. “Beenmode is een product dat je elke dag nodig hebt en het is leuk als je daarin ook een ruime keuze hebt”, vertelt van Wijngaarden. “Je kunt natuurlijk naar een Hema gaan want daar heb je ook gewoon zwarte en blauwe panty’s, maar wij verkopen zeker 50 tot 60 verschillende soorten. Wij hebben in die zin alle merken in huis.”

Gebruikte kinderkleding

Al vanaf het begin af aan verkoopt Kleertjes & Zo ook gebruikte kinderkleding. “Vijftig procent van de verkoop hiervan is voor degene die het kledingstuk bij ons gebracht heeft. Dit krijgen de inbrengers terug in de vorm van tegoed dat te besteden is in onze winkel.”

“Een grote groep mensen levert al acht jaar lang iedere keer in”, zegt van Wijngaarden. “Er vallen er natuurlijk ook af, maar wekelijks komenn er enkele nieuwe inbrengers bij. Daardoor hebben we elk seizoen honderden kledinginbrengers.”

“De gebruikte kleding hangt netjes gescheiden achterin de winkel omdat je natuurlijk babykleding verkoopt in kleine maatjes”. De kleding hangt aan een groot rek met twee stangen. Bovenin de jongens- en onderin de meisjeskleding. “De winkel bestaat voor éénvijfde deel uit gebruikte kleding. Viervijfde bestaat uit de nieuwe collectie.”

Zomaar blindelings alle kleding aannemen en tussen het rek hangen doet de winkel niet. “Wij zijn heel streng met selecteren. Het criterium is mooie merkkleding, maar wij selecteren ook op stijl. Als iets er mooi en goed uitziet, dan doen we niet moeilijk over een merkje”.

Stand van zaken

“Het gaat goed”, zegt van Wijngaarden. “Ongeveer twee jaar geleden hebben we negen maanden wegafsluiting gehad. Dit was een drama. Als klanten niet bij je winkel kunnen komen loop je heel eel omzet mis. Op dit moment is het een stijgende lijn en zijn we zeker optimistisch. We hebben een positieve kijk op de toekomst.”

Wat verkoopt goed? “Merken als Mowscow, Birds en Bampidano voor meisjes hebben ons veel opgeleverd. Voor jongens verkopen Skurk, LCEE en Rumbl goed. Quapi doet altijd wel goed mee. En voor de baby’s is Gymp onze topper.”

Kleertjes & Zo verkoopt het meeste aantal stuks aan gebruikte kleding, daarna beenmode en als laatste nieuwe kinderkleding. “Bij de opbrengst van de gebruikte kleding gaat het om zulke kleine bedragen. Hier kan ik mijn kosten nooit van betalen en hier haal ik dan ook te weinig winst uit. Als ik de omzet op moet delen dan heeft de nieuwe kinderkleding het grootste aandeel.”

Uitverkoop

“Een woord waar ik allergisch voor ben is de uitverkoop”, zegt van Wijngaarden. “Ik vind dat we dit met zijn allen moeten voorkomen en moeten beperken tot twee maanden per jaar. Één keer in het voorjaar en één keer in het najaar. Waarom gaan al die winkels sluiten? Omdat er niet genoeg marge behaald wordt! Het zal een hele opvoedingsomslag zijn naar de consumenten toe, maar uiteindelijk is dit wel waar we met zijn allen aan moeten gaan werken”.

Webshop

Kleertjes & Zo heeft ook een webshop, maar die levert de winkel maar een klein aandeel in de omzet op. “Soms denk ik: ik moet er meer aandacht aanbesteden en hier iemand speciaal voor inzetten, maar dit durf ik niet in verband met de kosten. We doen er alles aan om hem up-to-date te houden. Ik ben op dit moment niet ontevreden, maar soms ben ik weleens benieuwd wie erop gekeken heeft en wat klanten ervan vinden. We staan altijd open voor goede tips van anderen.”

Zelf is van Wijngaarden voorstander van een fysieke winkel. “Kleding moet je voelen, moet je passen en moet je aanzien bij het kindje. Het is zoveel leuker om het in het echt te zien en combinaties te ontdekken die je anders nooit gezien had.”

Kracht van de winkel

 “Onze kracht is het totaalplaatje. Je kunt namelijk een combinatie maken: nieuwe en gebruikte kleding of nieuwe kleding met beenmode of gebruikte kleding met beenmode. Mensen staan soms te twijfelen in de winkel of ze de broek wel moeten nemen, omdat het toch best wat geld kost. Dan zien ze een overhemdje in het rek van de gebruikte kleding hangen voor twaalf euro, hakken ze de knoop door en doen ze het.”

Service

Bij Kleertjes & Zo staat service voorop. “We zijn een kleine dorpse winkel en merken dat we in moeten zetten op service. Als een jurkje te wijd is of een broek te lang, dan zorgen wij ervoor dat dit op maat gemaakt wordt en voor elkaar komt.”